Gaan voor hoe het anders kan

Gaan voor hoe het anders kan

Gaan voor hoe het anders kan

Op 7 oktober 2024 waren Machteld, Lenie en ik op het Toegankelijkheidsfestival in Utrecht. We moesten optreden met de Buurtband. Op het toegankelijkheidsfestival werd de toegankelijkheidsprijs van 2024 uitgereikt. Er waren workshops en er werd een stadsconvenant getekend door nieuwe en oude initiatieven. Heerlijk zo'n zaal vol enthousiastelingen die zich vol vuur aan de gemeente willen verbinden om samen de stad  zo toegankelijk mogelijk te maken. Omdat te bereiken, voel ik, moet er nog een boel gebeuren. Maar laat ik niet zeuren over mijn pijnlijke kont als ik door de binnenstad van Utrecht rij. Want mooi is ie wel.

Buurtband  

De Buurtband won de toegankelijkheidsprijs van 2019.  Daarom waren we daar. De Buurtband is ontstaan in coronatijd en is inclusief voor iedereen, jong, oud, wel of geen beperking. Wel of geen baan. En is bedoeld om samen muziek te maken. Naast reguliere instrumenten gebruikt de buurtband twee zelfgemaakte instrumenten. De badphone en de schelleboom. Je kunt er op spelen ongeacht welke beperking dan ook. En zonder enige vorm van muzikaliteit. Perfect voor mij want ik heb die beperking en kan alleen Spotify bedienen. Geeft niks, ik word gewoon blij van samen muziek maken. 

 

Steeds leuker

De toegankelijkheidsprijs van 2024 ging naar de Droomboot. Daarmee kunnen rolstoelers eindelijk door de grachten van Utrecht varen.  Het initiatief staat nog in de kinderschoenen maar ik kan niet wachten! Ik heb de hele zomer jaloers naar mensen op het water zitten kijken. Utrecht wordt  steeds leuker !   Wat ook leuk was, was ons spetterende optreden.   Het was fijn om weer eens samen met nieuwe inspirerende mensen constructief na te denken over de toegankelijkheid van “mijn” stad. Ik ging behoorlijk blij naar huis.  

Teleurgesteld

Enkele uren later ging de telefoon. Het waren Machteld en Lenie. Ze vroegen mij, met de stem van Lenie, om een blog voor Scouters te schrijven. Ook zij hadden de dag met zoveel leuke initiatieven leuk gevonden. Maar waren toch een beetje teleurgesteld. “Waarom?” Vroeg ik verbaasd.  Lenie was net zo blij geweest als ik. Nou, toen ze het gebouw uit gingen ontdekten ze het restaurant. Dus wilden ze terug om iets te drinken. Ze wilden graag via het terras het restaurant in. Dat was korter. Maar daar zat een drempel die onmogelijk met Machtelds rolstoel te nemen was. Lenie vroeg zich af “Waarom een toegankelijkheidsfestival werd gehouden in een gebouw wat niet helemaal inclusief en toegankelijk is?

Goed punt! Ze liep weer terug naar de andere ingang en gaf een tip aan de receptie namelijk om heel simpel de drempel naar het terras te voorzien van een plankje, zodat je ook via daar naar binnen kunt als je dat wilt.

Onzin

Maar de vrouw bij de receptie vond dat onzin. “Je kunt toch via deze deur naar binnen met de rolstoel dus dat is helemaal niet nodig.”

Natuurlijk baalden Lenie en Machteld terecht van deze reactie. Maar hun verhaal kreeg ook bij mij geen gehoor. Ik was juist heel blij met de eigenaar van het restaurant. Laatst was ik namelijk zelf voor iets anders met een groepje in het restaurant, Zoë uit dat groepje werkt daar. “Yeah korting!”

De receptie was dicht. Ik moest dus door een andere deur die speciaal voor mij open werd gemaakt. Dat ging soepel omdat Zoë daar kind aan huis is. Ook bleef het restaurant speciaal voor mij langer open. Omdat de taxi niet op kwam dagen. Tof dus.

Toegankelijkheid een beleving?

De anderen waren helaas allang op hun klaarstaande fietsjes gesprongen. Niet inclusief bedenk ik me nu. Is toegankelijkheid ook een beleving? Ik vraag het me af. Maar terug naar het verhaal. In de binnenstad zijn vanwege het historische karakter weinig echt goede toegankelijke  winkels. Gelukkig hebben sommige een plankje. Toch had Lenie laatst een discussie met een winkelier omdat hij het plankje steeds weer weghaalde. Nu moest ze er steeds om vragen.” Absurd of niet Evelien?”

Collectieve tevredenheid?

Ik realiserende mij even niet dat Machteld, of misschien iemand anders in een rolstoel, dat niet kan vragen. Dus begon ik een verhandeling over regels van de gemeente. Over hoeveel centimeters buitenruimte van de winkelier is.  Wat hij mag gebruiken voor uitstallingen en plankjes. Misschien “moest” hij het plankje daarom steeds weg halen? Opperde ik. “Je denkt al net zo”, riep Lenie gefrustreerd.

Ik heb er een nachtje over geslapen… Lenie en Machteld hebben gelijk. Toegankelijkheid is geen beleving maar een mensenrecht. En toegankelijkheid is  nodig om volwaardig aan alles mee te kunnen doen. Het vernietigende VN rapport is er niet voor niets. Dat onze samenleving  het slechtste van allemaal uit dat rapport komt, ligt niet alleen aan de overheid. Maar ook aan ons collectieve gedachtegoed. Doe maar normaal dan doe je al gek genoeg. We denken collectief tevreden te moeten zijn met dat wat er is. En verwachten dat ook van ook van die ander. Laten we als samenleving ons collectieve brein uit de jaren 50 halen en zorgen dat de uitzondering nu eens eindelijk de regel wordt. Gaan voor hoe het anders kan . Een wijze oude les via Machteld en Lenie. Misschien ook voor jou?

 

Note van redactie: de foto,s en video zijn van eerdere optredens