Menkemaborg – uit in eigen dorp

Menkemaborg – uit in eigen dorp

Menkemaborg – uit in eigen dorp

Een cappuccino op een terras in het buitenland. Waarom zou je daar meer van genieten dan van diezelfde cappuccino dichtbij? Goed, het uitzicht is misschien niet zo adembenemend, maar als je goed om je heen kijkt, zie je ook in je eigen buurt schoonheid en mooie dingen.

Het is 10 oktober en volop herfst, maar het lijkt meer op een voorjaarsdag. De zon schijnt volop en het is niet koud buiten. Vandaag ga ik met een vriendin ergens samen koffie drinken. Dat hebben we bijna twee weken geleden afgesproken en toen konden we niet weten dat het zulk mooi weer zou zijn. We boffen!

We gaan niet heel ver weg, de afstand is maar een paar honderd meter. Zij op de fiets, ik met de scootmobiel. We gaan naar het Schathoes bij de Menkemaborg, in Desmaisons au Canal du Beurre, zo’n 600-700 km ten noorden van Parijs

.

Onze Menkemaborg is iets kleiner dan Downton Abbey. Je hoeft er niet voor te vliegen of varen, want over de slotgracht ligt gewoon een brede, houten brug. Zo’n mooie slotgracht heeft Downton Abbey niet, die staat niet in het water. Het heeft wel meer verdiepingen.

Het kasteel zelf is maar voor een klein deel toegankelijk voor mensen in een rolstoel. Halverwege de gang van voor naar achteren is een grote trap met op het bovenste deel twee (slaap-)kamers en de keuken eronder. De tuinen zijn wel toegankelijk, daar kom ik met mijn grote scootmobiel ook door.

Het is zo warm dat we buiten op het terras van het Schathoes gaan zitten. De scootmobiel staat vlakbij. We bestellen cappuccino, maar slaan de appeltaart over. Er staan spannender dingen op de kaart, zoals een kwarktaartje met stoofperen. Dat smaakt heerlijk en daarna nemen we nog een cappuccino.  

Al snel komen er twee zwarte katten aan. Eén ervan gaat lekker op mijn scootmobiel liggen. De zwarte kat trekt zich niets aan van de geur van mijn kater Dousja, die daar ook vaak ligt. We vinden het wel gezellig, we hebben allebei zelf ook katten.                                                                          

Na de koffie besluiten we nog een rondje door de tuin te doen. Die is best groot en er zijn verschillende delen. Eerst door het deel met geometrische vakken en beelden. Ze lijken een beetje op Manneken Pis, maar die is van brons. Deze beelden zijn wit en ze hebben geen hoge nood, want er komt geen water uit.                                                                                                                                                                                                                                            

De meeste bloemen zijn uitgebloeid, maar er staan nog een paar mooie rozen. En er zijn veel buxusheggen die in vormen zijn gesnoeid: kegels, bollen en punten. Onze vingers jeuken om er kerstversiering in te hangen, maar dat doen we natuurlijk niet. Dat hebben we ook niet bij ons.

Het is een tuin met 18de-eeuwse bloemen- en plantensoorten. Het doolhof slaan we over, daar ga ik met de scootmobiel niet in. Dat heb ik als kind al een aantal keren gedaan en dat zijn leuke herinneringen. Aan alles komt een eind, bijvoorbeeld door doolhoven dwalen als je in een rolstoel of scootmobiel zit.

   

We komen aan de andere kant van de tuin, met tunnels waarin peren liggen. Die groeien langs de wanden van de tunnel. We nemen er een paar mee, we vragen later wel of dat mag. We hebben ze immers niet geplukt. We nemen niet alles mee, je moet altijd iets achterlaten voor de dieren en de natuur.

Het laatste deel is de nutstuin (natuurlijke moestuin), met daarin oude groente- en fruitrassen. Dat gedeelte is ingedeeld in grote en kleine vakken. In de kleine vakken staan kruiden, in de grote groenten.

We zien allerlei kruiden en groenten, je kunt ze zo oogsten. Het meeste is al weg, maar er liggen nog pompoenen en er staan nog bonen op stok en boerenkool.

     

Die oogst wordt verwerkt in de gerechten die het Schathoes serveert. Vriendin is de kok wel eens tegengekomen in de tuin als hij kruiden of groenten verzamelde om mee te koken.

De Menkemaborg is bekend van de rozentunnel, maar die staat nu niet in bloei. Net zoals veel andere bloemen en planten. Maar ieder seizoen is mooi - vormen en kleuren zijn steeds anders. Het is nu ook niet zo druk, het is lekker rustig. We hebben de tuin voor onszelf.

Als we via de achterkant van het Schathoes uit de tuin lopen, ruikt het daar erg lekker. We besluiten er te lunchen, het is al half een. We kiezen een menu met drie soorten soep en wat toast erbij. Mosterdsoep,pastinaaksoep en pompoensoep. Nog een kop thee en dan zit ons uitje erop.

We kopen nog wat dingen in het winkeltje en nemen appels mee, die uit de tuin komen. Het zijn oude rassen en er zitten soms wat plekjes aan, maar dat is natuurlijk, dat kun je wegsnijden. De peren mogen we ook meenemen. Het is Doyenne du Comice, mijn lievelingspeer. Ze zijn nog steeds te koop, maar vaak moeilijk verkrijgbaar.

We zijn niet ver weg geweest, we hebben koffie gedronken en geluncht in ons eigen dorp. Dat doe je niet snel, je gaat dan meestal naar huis. Maar het kan best leuk zijn. Net zoals een rondvaart maken in de stad waar je woont of vaak komt. Je kijkt dan heel anders tegen de omgeving aan.

De foto’s heb ik een week later gemaakt, want ik bedacht pas later dat ik er een blog over wilde schrijven. Het weer was iets minder zonnig en er was veel blad af gevallen. De week ervoor had de tunnel met perenbomen nog veel groen blad, nu was het meeste eraf en kon je door de struiken heen kijken.

Een onverwachte mooie dag met persoonlijk contact. Vriendin en ik kunnen heel erg met elkaar lachen en fantaseren. Niet een heel opwindend uitje, maar dat hoeft ook niet. Het zijn de kleine dingen die het leven de moeite waard maken. Je weet niet wat er morgen gebeurt, maar deze dag kan niemand je meer afpakken.

Foto's; Wikimedia en Karina Arbete