Slippers staan nog in de gang. Niet vergeten straks.
Eh… boek in de tas … portemonnee…
Hond vast naar de buren brengen.
“Hoe laat ben je terug?”
“Uur of vier.”
“Is goed.”
“Vast bedankt!”
Slippers in de tas. Hollen!
Kan ik er om 12 uur zijn.
Vlotjes glijd ik de stad uit op weg naar het plattelandsdorp, waar de sauna een flinke hap uit het natuurgebied heeft genomen.
Laatste afslag, knippertje naar rechts.
Maar nee! Pijlen in wespenkleuren naar links, borden met onbegrijpelijke codes “volg M voor B” en tot overmaat van ramp VERKEERSREGELAARS!
Je zal je land ontvlucht zijn om hier in de novemberregen mensen de verkeerde kant op te moeten sturen.
Een half uur zweten later draai ik het parkeerterrein op.
Hè hè…
In de rij voor de kassa valt op dat ik niet de enige ben die de wegomlegging heeft weerstaan.
Mijn ogen dwalen naar het bord boven de balie.
MAANDAG BADPAKDAG.
Badpak verplicht in de sauna!?
Het pastelkleurige meisje bij de kassa bevestigt mijn angstige vermoeden.
“Is het kalifaat vannacht uitgeroepen!”, vraag ik me af als ik weer in de auto zit. Er komt genoeg stoom uit mijn oren voor een Turks bad. Een koude douche tokkelt op mijn dak. Maandag in november…waar kan ik heen…en ik moet zó nodig plassen! Zo’n fijn Parkinson dingetje…
Heb ik mijn abonnement bij me…?
Zit in mijn tas!
Op naar Blijdorp waar de toiletten altijd schoon zijn.
Opgelucht schuif ik met mijn dubbele koffie naar de kassa. Nerveus zoek ik in mijn zakken, links, nee, rechts, nee…in mijn tas?
“Doe maar rustig aan, mevrouw”, twinkelt de jongeling achter de kassa, “we hebben alle tijd.”
Dat had ik even nodig. Grinnikend vertel ik hem mijn saunablamage.
“Nou, toch een fijne dag, mevrouw.”
“Dat gaat wel lukken.”
Ik draai me om en strijk neer tussen de oma’s met hun gillende kleinkinderen.
“Hugo Bas!”, roept er een.
“Hugo Bas! Blijf van Jan Jurriaans…”
De rest gaat in het tumult verloren.
Ik blaas de stoom van mijn koffie als mist over een vulkaankrater en knijp mijn ogen dicht.
Nee, mijn dag kan niet meer stuk!